Fransman ben ik, door en door. In Besançon geboren, met een vader uit Normandië en een moeder uit Marseille, ben ik in Lyon, Nouméa (Nieuw Caledonia) en Parijs (Quartier Latin) opgegroeid. Er zijn weinig Franse regio’s waar ik geen vrienden heb, en dierbare herinneringen: de Bretagne, de Loire, de Périgord, de Pyrénées, de Bourgogne en de Provence hebben allemaal een stukje van mijn hart gestolen.

En toch, het grootste deel van mijn leven heb ik in Nederland doorgebracht, waar ik als verliefde twintigjarige in 1981 ben beland. Ik had toen geen besef van wat het zich eigen maken van een andere taal – laat staan leven in een andere cultuur – werkelijk betekent. Mijn eigen vallen en opstaan is ook een waardevolle leerschool gebleken: ik zie meteen waarop een Nederlander die Frans leert stuit en ken de frustratie van het zoeken naar woorden, en de vreugde wanneer zij wel te binnen schieten.

School heb ik zelf als geestdodend ervaren. Gelukkig hebben anderen er wel veel aan gehad. Ik ook: mijn behoefte om te leren is door de korst van verveling heen gebroken, en veel van mijn joie-de-vivre dank ik aan die onuitputtelijke geiser. Het vinden van de juiste manier om welk aspect van het Frans dan ook, helder te presenteren en te helpen integreren, is een passie geworden.